donderdag 23 september 2010

Uit nutteloze noodzaak

Uit nutteloze noodzaak


laten we eerlijk zijn

als beest zijn we totaal mislukt

ik zie mij daar nog staan

op een savanne zonder uitvlucht


in het volle licht der dieren


een mond vol tanden


heel modern, heel gênant






vandaag


regerend met draadloze hand


in een land gebouwd onder water


met mensenrechten, koffieapparaten


en de natuur in mooie reservaten


voel ik nog steeds diezelfde angst


niets is veranderd


weids en eindeloos gaapt de savanne






welkom in mijn hoofd


het is een doos vol zwarte gaten


alles wat een mens verzint


zuigt zich erin: zeppelins, vakanties


zelfhaat, witte fosfor, dildo’s, anorexia


dubbelvla, dwangneuroses, shalali shalala


of de lol om een gemarteld paard


ook de dingen die niemand wil verzinnen


zitten erin: gewoon, voor de heb


ik draag een hoofd als een handicap


zwellend, kolkend, almaar zwellend


altijd vloed, nooit nog eb






geen vijand bleef er voor mij over


leeuw, griep, pest, slang


zelfs de dood slaapt aan een leiband






maar diep van binnen


in mijn grote grabbelton


daar vond ik er nog één


splinternieuw, zelfverzonnen


scharrelt een vijand


op de bodem van mijn vrije tijd


zinloos in de rondte


ik noem hem: Eeuwigheid






louter de gelegenheid


erover na te denken


volstond om hem te scheppen






gevangen zit ik als een rat


in mijn hobby, dag en nacht


en ik ben bang






ik was van plan een heldenstuk te schrijven


over het belang van kunst


haar grote nut maar mijn blad zweeg indrukwekkend


en alle muzen weken






de waarheid is


zij heeft geen nut


kunst is maar een bijproduct


zij is niet nodig om te kunnen


eten, neuken, ademen






maar één ding kan ze


zij kan vechten waar ik vlucht


zij kan, met haar ene giftand


zij het voor een kort moment


mij redden van de eeuwigheid


en dit verlammend gat verlammen






bij een vijand zonder handvat


helpt alleen het nutteloze


dan helpt kerven in een bot


stieren schetsen in een grot


dan helpt de nachtwacht


en het zingen bij een dode






uit nutteloze noodzaak


schiep kunst de mens






en als ik verstijf op mijn savanne


van bedreigend vrije tijd


als ik mijzelf vervloek


om dit uitzicht zonder eind


als mijn kop breekt van het licht


dan huil ik niet, dan schreeuw ik niet


ik hang mijzelf niet op

maar pak een pen

en schrijf u dit gedicht




Dichter des Vaderlands,

Ramsey Nasr           http://www.ramseynasr.nl/

Geen opmerkingen: